DEEL 6
Feuilleton jaargang 2 nr. 6
Johnny Koning/Hoekman
Zo vrij als een vogel
Over
het Farmsummer volk, anno 1950/'60/'70, alsmede over hun doen en
laten in vergelijking met nu. Het leven van toen was goed, zowel voor
je gezondheid, geest en milieu. Ik probeer anno 2024 zo te leven
zoals toen en het bevalt goed. Alles van waarde kost moeite en
dat laatste is even wennen, maar in deze tijd is het ook wel spannend
en misschien wel weer noodzakelijk als die meneer uit Rusland voor de
deur staat. Wie kan in deze tijd nog leven zonder een lichtknopje,
laat staan zonder een wasmachine en zo kan ik nog wel even doorgaan.
Als het mij maar niet zo gaat als de man die een anti-atoom-kelder
bouwde en erin viel...dood.
Ouderwets
leven
Zo heb ik lang geleden een ouderwetse keuken-weegschaal weggeven, wat moet je met zo'n oud ding. Ik was het al helemaal vergeten totdat ik nu ging broodbakken op mijn ouderwetse kookkachel. Het zou weer goed van pas komen, spijt als haren op mijn hoofd, maar geen nood even op internet gekeken en de weegschalen vliegen je om de oren. Een weegschaal met discolampjes op zonnestralen, kleindochter helemaal gek, het was een zonnetje in huis. t Wichtje vrolijk, daar doe je het toch voor zei Teutje, en ik zo gek om het ding te kopen.
Twee weken heeft het zijn werk gedaan en toen was het over, het ding deed niets meer...nu heb ik een ouderwetse gekocht zonder disco lampjes met duidelijke wijzers, met een pijl die de boel aanwijst. Ik zeg het...degelijkheid...gaat nooit kapot...precies zoals mijn gietijzeren koekenpan van opoe, honderd jaar oud. Het gaat nooit kapot en je kunt er maar in krassen totdat je een ons weegt. Op een gegeven moment moesten we allemaal Teflon hebben, het ei bakte niet meer aan en nu zijn dit soort pannen slecht voor je gezondheid vooral als er een krasje in zit... Ik zeg het...het is toch van de zotte. Maar als je nadenkt over het universum, zoals nu tijdelijk mijn kleindochter, dan is zo'n Teflon pan maar een kleinigheid...toch?...een paar mensen meer of minder dood, wat zegt het nog in de huidige oorlogen.
Een
tijd geleden werd veel spul gemaakt, wat na een tijdje kapot ging en
niet meer gerepareerd kon worden, gewoon weggooien zeiden ze dan. De
zee ligt vol met troep en het is nog niet veranderd.
Ik vraag me af,
ze kunnen toch direct overstappen op duurzaam, tijdens de corona kon
toch ook alles in één keer en de lucht werd weer blauw. In deze
tijd hoeft het maar een beetje te vriezen en de elektrische auto's
staan stil...accu op... Ik ben geen milieuactivist, want zolang ze in
India met miljoenen door de straten vliegen op de ploffiets, hoeven
we ons geen zorgen te maken.
De ijsberen in het poolgebied zeker
wel, maar wie denkt daar nu aan als je op de ploffiets met je geit
achterop naar de slacht rijdt... Ik zeg maar zo De Wereld Draait
Door...nog wel.
Terug naar Farmsum
Schaatswedstrijd 2e klas lagere school Farmsum. We hadden juffrouw 'Stap Stap' omdat juffrouw van der Weg hinkte. Het was een schat van een vrouw, maar werd elke dag op stoom gezet, dan liep ze rood aan en verliet soms de klas. Meester Koning kwam dan als redder in nood, alleen zijn blik was al voldoende om de boel rustig te krijgen.
Het was winter, er lag een flink pak sneeuw, de ijsbaan in het 'Borgshof' was al geruime tijd open. Elke dag van 's morgens tot 's avond laat schaatsen op de Friese doorlopers, niemand schaatste op hoge Noren.
Mij eerste levens-les.
Onze school had voor iedere klas-wedstrijden georganiseerd. De hoofdprijs van onze klas was een 'angel' (vishengel) Ik kon heel goed schaatsen, beter zelfs dan Jannes van der Molen en de 'angel' was natuurlijk voor mij. Ik kon er niet van slapen zo'n mooie 'angel.' Eindelijk was de dag aangebroken, ik moest tegen Ule Zemering, het was een makkie, want Ule was meer bezig met zijn snotbel weg te vegen als met het schaatsen. Ik stond in de professionele starthouding en Ule keek verwonderd naar mijn doen en laten. Hij zal wel gedacht hebben 'snakked.' Het fluitje ging en ik nam een sprong en lag plat op bèk. Ule keek achterom en slisterde voor zich uit. Ik stond op en kon natuurlijk Ule nog gemakkelijk inhalen...dacht ik...weer plat op bèk. Ule won de wedstrijd en ik was uitgeschakeld. Ik ben toen direct naar huis gegaan,'k wou ook geen chocolademelk meer, ben ook die dag niet weer naar school gegaan. Het was een beste levensles van vallen en opstaan. Oma zei dan 'top niet, het loopt altijd anders' enig medelijden was er niet bij, tot op lengte van dagen heeft het mij achtervolgt. Hij had de strijd gewonnen en het was hem gegund, want hij is niet veel later jong gestorven.
Links was later winkel 'Bulten' rechts het Borgshof.
Iedere straat in Farmsum had zijn eigen winkel
Tweede levensles
Ik was naar winkeltje Bulten gestuurd om wat te halen, mijn vriend Hennie Woldendorp was bij me. Ik kreeg één cent terug van de boodschappen en moest die eigenlijk afgeven aan opoe. Hennie zei 'Wat doe je nu met een cent', Ik vond dat ook, wat is nu een cent. Ik zeg tegen Hennie, wat moet ik ermee? Hij zegt gewoon weggooien in de bosjes. Zo gezegd ze gedaan, weg met die cent. Ik kom thuis bij opoe en ze vraagt 'heb je ook geld teruggekregen?' Ik zeg 'ja een cent.' 'Waar heb je die cent dan?' Ik zeg 'die heb ik weggegooid.' Ze was niet boos, dus ik heb er niet over nagedacht, geld genoeg ja..
Een dag later kwam Jelte Kuiper (later café Kuiper) de ijsboer langs. Een ijsje kostte een dubbeltje, dus ik naar opoe 'mag ik een ijsje? Je kunt het al raden, ik kreeg precies 9 cent. Ik stond stomverbaasd ik zeg Opoe ijsje kost een dubbeltje. 'Ja, ha'… zei opoe de cent die je tekort komt, heb je weggegooid, ga die maar zoeken. Ik heb geen ijsje gekregen, ik kon toch niet met 9 cent aankomen om een ijsje te kopen. Oma zei later op de dag 'Die het kleine niet Eerd is het grote niet Weerd.' zo leerde ik alle wijze woorden van opoe. Het vreemde is dat ik deze woorden nu weer gebruik tegen mijn kleindochter.
Rechts Borgshof links winkel Bulten.
Bekende mensen van de kegelclub
onder V.V.V Farmsum
Derk Ottens de groenteboer en zijn vrouw
Derk Ottens liep ook nog met paard en wagen bij de weg te venten.
Hier haalt Derk zijn paard op, die altijd in een stuk land liep aan de dijk.
Onze
eerste patatwagen in Farmsum
Onder: Albert Stam en de vrouw in hun winkel snoep en tabakswaren.
Tot de volgende keer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten